zondag 24 februari 2008

Verrijkende taal?

anp
Takkie van de stratie

Het moet ergens in het tweede jaar van mijn remigratie zijn geweest. Ik bezocht in Oost-Suriname een ontwikkelingsproject in verband met een schrijfopdracht. Het ging om een werkplaats voor ‘lokale houtverwerking en –bewerking’. In een dorp aan de Cotticarivier, aardig stroomopwaarts. En ik kwam toevallig langs een krakkemikkig schooltje waar kinderen net bezig waren met klassikaal woorden lezen. Aan de hand van het Nederlandse aap-noot-mies-systeem van weleer. Het ging gesmeerd zoals die Aucaanse kindertjes al die woordjes met oo- oe- en au-klank opdreunden. Totdat de juf vroeg: “Wat is Jaap?” En het bleef stil. Ik vond dat eigenlijk niet zo gek. Je kon moeilijk verwachten dat kindertjes in het Surinaamse binnenland maar ook doorhadden dat het om een oer-Hollandse naam ging. Vooral niet als de juffrouw vraagt “wat is Jaap?” in plaats van “wie”...










Google